Ouderwetse rabarbervla
Rabarbervla zoals mijn moeder die maakt. Fluweelzacht en niet te zoet. De allerlekkerste uiteraard. Trek met een scherp mesje een heel dun schilletje van een pond rabarber en snijd de stelen in stukjes van vier á vijf centimeter. Of je rabarber moet schillen, weet ik eigenlijk niet eens zeker. Ik doe het vaak wel, heel dunnetjes. Zet de rabarber op met een half kopje water en draai het vuur laag zodra het kookt. Laat de rabarber ongeveer tien minuten pruttelen. Voeg 75 gram suiker toe als de rabarber zacht is en proef of je het zoet genoeg vindt. Scheid twee eieren. Roer een eetlepel maizena (ongeveer 10 gram) door de eierdooiers totdat alle klontjes verdwenen zijn. Doe een flinke schep hete rabarber bij de eierdooiers en roer het goed door elkaar. Doe het ei-rabarber-mengsel bij de rabarber in de pan, roer en laat het enkele minuten zachtjes koken totdat de vla bindt. Haal de vla van het vuur en laat afkoelen. Klop het eiwit stijf en schep het voorzichtig door de rabarbervla: een goddelijke toetje is klaar! …